Klein huiselijk leed IV
Buchbeschreibung
Naast haar Volkskrant-stukjes, die al jaren trouw in de herfst gebundeld worden, schrijft Sylvia Witteman reeds tien jaar columns voor Libelle. In 'Klein huiselijk leed' deelt Witteman behartenswaardige adviezen uit als: 'Neem nooit een kat met lang haar. Echt niet. Ook niet wanneer hij/zij gratis is, zoals indertijd onze Lola.' Ze deelt bespiegelingen over interieurinrichting, waarbij de term 'bohemian chic' een goed inzetbare mantel der liefde lijkt voor schoorsteenmantels vol rommel, souvenirs van reizen, een opgezette fret in gevecht met een slang, en een goudkleurig bord met daarop de fraaie spreuk 'De schoonste naam op 't wereldrond/Het schoonste woord uit menschen mond/Is Moeder'.
Er zijn drie kinderen met eeuwig weerwoord, en, naarmate diezelfde kinderen steeds uithuiziger worden, de intiemere band met spullen. Zo is er sprake van broodrooster-overspel, rouw om de dood van een pepermolen en gesprekken met huisraad. 'Zoek ik een vervanging voor het drukke gezinsleven dat in wat kalmer vaarwater komt? Zeg ik dáárom tegen een zak met een half gesneden volkoren erin: "Wat ben jij slordig opengescheurd"?'
Dit alles en veel meer, gelardeerd met herinneringen aan haar eigen gecompliceerde jeugd en het gezinsleven van weleer.
Een gulle selectie van de columns verschijnt in delen in luisterboekvorm. Dit is het vierde deel.