In het water van de Keizersgracht worden de lijken van twee mensen gevonden, een man en een vrouw, arm in arm en hand in hand, de vingers ineengestrengeld. Sectie wijst uit dat het om verdrinking gaat. Rechercheur De Cock kent geen enkel voorbeeld van verdrinking op deze manier. Hij gelooft er dus niets van. Hij legt zijn assistent Vledder uit: 'Hoe sterk het doodsverlangen van die twee ook mag zijn, er volgt onmiddellijk een reflex, een schrikreactie als ze in het koude water terechtkomen.' Is het zelfmoord of een macabere grap?