De eerste helft van de 18de eeuw. Na een afwezigheid van twee jaar keert Ferdinand Huyck, oudste zoon van de Amsterdamse schout, terug naar Nederland. Amper heeft hij voet aan wal gezet, of er wordt een poging gedaan hem te doden. Een mysterieuze onbekende redt hem het leven. Het toeval brengt vervolgens Henriëtte Blaek op zijn pad, een bekoorlijke jonge vrouw die helaas al "beloofd" is aan een andere man. Liefde met hindernissen, een haast filmische afwisseling van scènes en allerlei intriges maken van "De lotgevallen van Ferdinand Huyck" in de eerste plaats een avonturenroman, in een niet al te precies gedefinieerde historische setting. Misschien is het juist door die lichtere aanpak dat het één van Jacob van Lenneps vaakst herdrukte titels is gebleven.
Jacob van Lennep (1802-1868) was een Nederlandse schrijver, dichter, taalkundige, advocaat en politicus. Hij was de belangrijkste 19de-eeuwse schrijver van Nederlandse historische romans. Zijn bekendste titels zijn "Elisabeth Musch" en "De roos van Dekama", allebei romans die belangrijke episodes uit de Nederlandse geschiedenis als achtergrond nemen. Van Lennep is ook de literatuurgeschiedenis ingegaan als de man die Multatuli’s "Max Havelaar" op de markt bracht, in een politiek afgezwakte versie, tot grote woede van de auteur.