Het is 1956. Tijdens een evangelisatiecampagne wordt op klaarlichte dag een politieagent vermoord. De jonge Alexander Goudveyl staat oog in oog met de dader. Die draagt een gleufhoed en heeft een sjaal voor zijn mond. Alex raakt in de ban van het voorval en breekt zijn hoofd over devraag wie de schutter was. Pas jaren later – als Alex inmiddels getrouwd is – komt de waarheid aan het licht.