Elke ochtend kijkt Kat verlangend uit het raam van de trein naar buiten, naar het enige stukje bos dat ze die dag te zien zal krijgen. Haar hart is gebroken na een stukgelopen relatie en ze is zichzelf volkomen kwijtgeraakt. Haar leven in de stad benauwt haar. Na een onverwachte ontmoeting besluit Kat haar leven om te gooien. Ze neemt ontslag, zegt de huur op en vertrekt naar een eiland honderden kilometers verderop. Zonder plan, zonder nieuwe baan, ze kent er alleen jeugdvriendin Suzette, die daar met haar gezin woont. Eén ding weet ze zeker, voorlopig geen man. Eerst op eigen benen staan. Houdt dit voornemen stand wanneer ze kunstenaar Silas leert kennen?