In 1911 verblijft hoogleraar C.C. Uhlenbeck drie maanden onder de Blackfeet-indianen in Montana, VS. Terwijl hij hun taal bestudeert, houdt zijn vrouw Willy een dagboek bij van hun belevenissen op de prairie. Schrijfster en onderzoeker Mary Molenaar ontdekt het dagboek bijna honderd jaar later in het archief van een Canadees museum. Ze weet dat ze op een goudmijn is gestuit. Via Willy horen we hoe het leven van de oorspronkelijke bewoners van de VS verandert. En hoe westerlingen tegen hun aankijken.
