As, vuur valt uiteen in twee delen, die zich tot elkaar verhouden als communicerende vaten. Uitgangspunt voor het eerste deel zijn 'oerwoorden' die alle Euraziatische taalfamilies met elkaar verbinden. Zij vormen de humus waaruit de dichter in dit deel een persoonlijke mythologie laat opbloeien. In het tweede deel gaat het om de vraag wat reizen voor de dichter betekent en hoezeer dat de kijk op de vertrouwde omgeving en het eigen wereldbeeld beïnvloedt.