In de bundel Voetbal kijken met Van Basten voert Michel van Egmond de lezer in een serie eigenzinnige reportages langs de sportonderwerpen die hem fascineren. Het is zijn meest persoonlijke boek tot nu toe.
Hij eet pasta met de zwijgzame dopingzondaar Ben Johnson, bekijkt een voetbalwedstrijd met wereldkampioen Carlos Alberto, analyseert samen met Marco van Basten het WK en gaat voor de tweede maal in zijn leven op de foto met de gevallen ster Paul Gascoigne.
Hij is erbij wanneer Feyenoord met dik honderdduizend mensen op de Coolsingel de titel viert, maar ook wanneer Kees Jansma en Mart Smeets in een boekhandel een publiek van veertig man toespreken en hij noteert het allemaal secuur en in zijn eigen observerende en vaak droogkomische stijl.
Het resultaat is een verzameling sportverhalen die zelden gaan over het spel en de punten, maar veel vaker over de tol van de roem, over het vergeefse gevecht tegen de vergankelijkheid en vooral over de mens achter de superster.