Londen, 1922. Mevrouw Wilkins en mevrouw Arbuthnot, ontevreden met hun dagelijks leven en echtgenoten, maken een gedurfd plan: ze gaan op vakantie. Samen besluiten ze te reageren op een advertentie voor een Italiaans kasteeltje in San Salvatore, Italië, voor de hele maand april. Zo wisselen ze het grauwe, regenachtige Londen in voor de warme, stoffige geur van dennen, vijgen- en olijfbomen, pruimenbloesems en glinsterende blauwe zeeën. Ze worden vergezeld door de mooie Lady Caroline en de dominante mevrouw Fisher, ook op de vlucht voor de lasten van hun alledaagse leven. Ieder van hen ontdekt een eigen manier om te leven en lief te hebben.