Bernd, een nog jonge man met een drankprobleem, haalt 's ochtends bij zijn ex-vriendin Walijne op, die voor een dagje meegaat naar het strand. Het gehandicapte meisje is dol op haar 'oom' met zijn grappen en fratsen, zijn tirades tegen een grijze hemel, hun avonturen. Maar Koning Alcohol wint terrein en ten slotte eindigt in een catharsis. Met ironie en humor schept Heeresma een delirisch universum in een druilerige realiteit; met een groot gevoel voor mede-menselijkheid.