Maar je bent nog jong!
Tietoa kirjasta
Wanneer Laura op haar 24e aan kinderen begint, is ze stabiel. Een jaar later wordt ze opgenomen in de psychiatrie na een reeks suïcidepogingen. Op reflecterende wijze legt ze de diepe, bijna onuitspreekbare emoties en situaties bloot waarmee ze doorheen het kinderwenstraject geconfronteerd wordt.
Ze schetst hoe lichamelijke hulp en mentale zorg niet steeds hand in hand gaan, hoe vooroordelen rond een psychische kwetsbaarheid en een kinderwens zich ontvouwen en hoe goedbedoelde reacties uit de omgeving het lijden soms nog verergeren.
Maar bovenal toont Laura in dit boek hoe allesomvattend, levensbepalend een kinderwens kan zijn en hoe ze ondanks een zwangerschapsverlies en een zwaar trauma overeind probeert te blijven.
‘Je bent nog verrassend rustig.’ De spoedarts knijpt even in mijn schouder als troost. ‘Weet je, gelukkig heb je een donkere broek aan. Toch één lichtpuntje vandaag.’ Lichtpuntje. Ze bedoelt het zo goed, ze zegt het zo lief, zo zacht. Ik wil tegen haar brullen dat het geen lichtpuntje is, dat ik niet eens een zwarte broek aan had vandaag maar die speciaal omwille van de zee van bloed heb aangedaan. Dat alles vanmorgen nog in orde was toen ik mijn lichtblauwe jeans uit mijn kleerkast trok.
Toen mijn baby’tje leefde en het bloedverlies miniem en onschuldig was. Iets in mij breekt. Ik voel het opkomen, weer een golf, alsof mijn hart er langs al mijn ledematen tegelijk wordt uitgetrokken. Verdriet, angst, woede. Het zijn namen voor emoties die bijlange na niet omschrijven hoe het echt voelt om ze te voelen. Ik wil gillen, schreeuwen, gooien met dingen. In plaats daarvan duw ik het weg, samen met de tranen die in mijn hoofd bonken en ongeduldig zitten te wachten tot ze eruit mogen komen.
Het licht is uit, mijn binnenkant even donker als mijn zwarte, doorweekte broek. Even leeg en doods als mijn buik weer is. Het was zo mooi, het had zo mooi kunnen zijn.