Hamburg, 1938. De vijftienjarige Asta en haar tweelingbroer Jurgen worden tegengehouden op weg van school naar huis. De nazi’s hebben hun ouders gevangengenomen. Naar huis gaan is geen optie. Hun enige kans op overleven is om naar Denemarken te reizen, naar een tante die ze nauwelijks kennen. Maar de reis naar de grens is gevaarlijk voor twee Joodse tieners op de vlucht. Wanneer ze gescheiden wordt van haar broer, stort Asta’s wereld in elkaar. Maar ze houdt zich vast aan de hoop dat ze hem ooit weer zal zien. Wat ze daar ook voor moet doen…
Een meeslepend en aangrijpend verhaal over moed en hoop.