Sinds zijn vader is overleden, is Martins leven totaal anders. Zijn moeder komt nooit meer buiten, zijn zus is juist altijd weg en hijzelf houdt zich alleen nog maar bezig met kippen en getallen. Op school wordt hij Kip genoemd en kijken ze op hem neer omdat hij uit een arme buurt komt.
Als de hond van de nieuwe buren zijn prijswinnende kip Hendrika doodbijt, klopt Martin daar kwaad aan. Maar als hij ontdekt dat zijn nieuwe buurjongen kanker heeft en bijna al zijn tijd in bed moet doorbrengen, besluit hij de zieke Drikus te helpen zijn grootste wens te laten uitkomen: het maken van een eigen zombiefilm. Dat is het begin van een avontuur waarbij ze het mooiste meisje van de school strikken om mee te helpen én per ongeluk in het vaarwater van een criminele bende raken…
Jaco Jacobs verweeft bekende thema’s als rouw, vriendschap, ziekte en de eerste verliefdheid in zijn kenmerkende sprankelende en lichtvoetige stijl.