Wanneer de jonge, vrijgevochten Frieda Tendeloo op een late wintermiddag in 1963 de dichtgevroren Waal op stapt, wacht haar een ontmoeting die ze nooit meer zal vergeten. Tussen de ijsschotsen op de witte rivier ontmoet ze de getrouwde Otto. Ze beleven een liefde die onstuimig begint, maar noodlottig eindigt. Haar leven lang houdt ze haar herinneringen hieraan voor zichzelf.
Tot Frieda op 81-jarige leeftijd plotseling weer alleen is. En het verzwegen verdriet zich onontkoombaar aan haar opdringt. Pas dan durft ze op zoek te gaan naar wat ze is verloren.