De moeder van Jessie wil samen met haar op paardrijles. Supergênant, vindt de 13-jarige. Maar wanneer haar moeder Jessie een concertkaartje belooft voor haar favoriete band, is ze om.
Eenmaal op de manege ontdekt Jessie dat ze niet de enigen zijn; zo is er die rare jongen, Milan, die met zijn vader paardrijles neemt. Ondanks haar aanvankelijke tegenzin raakt ze geboeid. Al snel kan Jessie nog maar aan twee dingen denken: Milan en haar droompaard Storm.