Laura Starink beschrijft wat ze heeft zien veranderen in Rusland, maar ze wijst ook op de echo’s uit het gewelddadige verleden. Als slavist in Leningrad ontdekte ze de Sovjet-Unie van Brezjnev als een land met twee gezichten: warm, open en grappig aan de keukentafel, maar hard, gesloten en huichelachtig in de buitenwereld. Tien jaar later deed ze als correspondent van NRC Handelsblad verslag van de perestrojka van Gorbatsjov. De Russen roken de vrijheid maar niemand voorzag dat de Sovjet-Unie uiteen zou vallen. Dat leidde tot armoede, chaos en criminaliteit.
Nu bereist ze het Rusland van Poetin, die orde bracht door de autocratie te herstellen. In het gevecht tussen staat en burger trekt de laatste weer aan het kortste eind. Dit boek is een lofzang op die eenlingen die het systeem weerstaan.