Achter de eenvoudige witte vitrages van het Volendamse Hotel Spaander ligt de kiem van een cruciale periode in de Nederlandse kunstgeschiedenis. De gastvrijheid van uitbaters Leendert en Aaltje Spaander, de levendige avonden en de ateliers op de begane grond bleken vanaf 1881 een magneet voor grote getalen kunstenaars. Uit de hele wereld kwamen ze naar Volendam: ruim 1400 schilders, onder wie zo’n 200 vrouwen. Wat ze aan de Zuiderzee ontdekten waren de typisch Hollandse luchten en het destijds al beroemde Hollandse licht, maar ook verdraagzaamheid en openheid. Toch bleef Spaander als kunstenaarskolonie relatief onbekend – en dat is een kolfje naar de hand van Jan Brokken. Zoals hij stelt in De ontdekking van Holland : je weet altijd te weinig over je eigen land. Opnieuw wekt hij een fascinerende onderbelichte geschiedenis tot leven.