We ontmoeten in dit verhaal een nieuwe incarnatie van de dwerg Pikkin, die in de eerste twee verhalen voorkwam, en als ‘oude bekende’ in ‘Tom Poes ontmoet een oude bekende’. Via een magische ring maakt Pikkin eerst de markies en daarna heer Bommel tot slachtoffer van hun eigen hebzucht. Als heer Bommel ringdrager wordt merkt hij al spoedig dat hij maar afgunst hoeft te voelen of de ring vervult zijn wensen. Deze macht brengt het slechtste in hem naar boven, zoals Joost enige malen tot zijn schade ondervindt. En u, lezer? Hoe zou u met een dergelijke macht omgaan?