Als kind mocht Roos thuis met de matras van de trap sjezen, kleien deed ze met een pak Becel en een advocaatje van tijd
tot tijd kon geen kwaad. Haar moeder was de leukste van de straat, maar de storm in haar hoofd bleef voor de buitenwereld
onzichtbaar. Niet voor Roos, die als kind al wist dat ze haar soms moest beschermen. Pas toen ze zestig was kreeg haar manisch-depressieve moeder na een eindeloos traject een officiële diagnose. Wanneer haar moeder overlijdt door een val van de trap wil Roos Schlikker beter begrijpen wie de vrouw was die zich zo lang achter een masker had verborgen. Tijdens haar zoektocht leert ze haar rouw omarmen en komt zo dichter bij haar moeder dan ooit tevoren.
Roos Schlikker is van vele markten
thuis: ze is columnist voor Het Parool
en Kek Mama, schrijft scenario’s voor
theater en tv, deed mee aan Wie is de
Mol? en schuift geregeld aan bij onder
meer Pauw. In 2017 verscheen haar
debuutroman Huisje, boompje, beest, waardoor haar humor en wakkere, zwierige stijl die haar zo’n geliefd journalist maken ook in de boekhandel terechtkwamen.