Olli droomt ervan om straatmuzikant te worden in de grote stad. Met zijn trompet gaat hij op weg. Onderweg ontmoet hij allemaal andere muzikanten die zich bij hem aansluiten. Ook al verstaan ze elkaar niet, ze spreken wel allemaal de taal van muziek. De stad gonst van het plezier, tot de stadsduiven hun muziek verbieden. Zij zijn de heersers van de pleinen en straten...