Als ze alles hebben verloren wat hun lief is, vlucht bijenhouder Nuri samen met zijn vrouw Afra weg uit Aleppo. Op hun reis door een gebroken wereld worden ze niet alleen geconfronteerd met de schokkende realiteit van het vluchtelingenbestaan, maar ook met een onuitsprekelijk verdriet: het verlies van hun zoon Sami. Het enige wat hen op de been houdt, is de wetenschap dat Nuri’s neef en zakenpartner Mustafa op hen wacht in Groot-Brittannië, waar hij opnieuw is begonnen met het houden van bijen. Want: ‘Waar bijen zijn, zijn bloemen, en waar bloemen zijn, is nieuw leven en hoop.’