Julius Zebra en zijn vrienden zijn in Griekenland beland. Daar helpen ze halfgod Heracles zijn Gouden Appel terug te vinden. Vol goede moed storten Julius en zijn makkers zich in een nieuw avontuur waarin ze het niet alleen opnemen tegen de gevaarlijke Minotaurus in het Labyrint, maar ook een honderdkoppige draak om de tuin weten te leiden. Na een rampzalig bezoek aan koning Midas belanden ze in de onderwereld. Intussen kijken de goden vanaf de Olympus waakzaam toe. Wat vinden zij eigenlijk van Julius’ maffe capriolen?