Adèle dOsmond, comtesse de Boigne, leefde van 1781 tot 1866, gedurende een van de roerigste periodes in de geschiedenis van Frankrijk en van Europa. Opgegroeid in de directe nabijheid van het hof was ze getuige van zowel de Franse Revolutie als de opkomst van Napoleon Bonaparte. Ze maakte het eerste keizerrijk mee en de veldtochten van de napoleontische legers. Ze zag hoe Napoleon naar Elba verbannen werd, weer terugkeerde naar Parijs, om ten slotte definitief bij Waterloo verslagen te worden. Ook beleefde ze de revolutie van 1830 én die van 1848 van dichtbij. Adèle kende iedereen: Louis XVI, Marie Antoinette, Napoleon, Chateaubriand en Madame de Staël. Vorsten, wetenschappers en politici maakten deel uit van haar vriendenkring en haar salon was een van de bloeiendste van haar tijd.
Adèle dOsmond schreef haar memoires voor haar enige neef. Verhalen van een tante is een boeiende kroniek van een bewogen tijdperk, genoteerd door een begenadigd vertelster.