Hoe we onze creativiteit kunnen vergroten door echt te leren luisteren De weg van het luisteren helpt je aandachtiger en beter te luisteren en zo creatiever te worden. In zes weken leer je echt te luisteren naar je omgeving, de mensen om je heen én naar jezelf met de handvatten en opdrachten die Cameron je aanreikt in dit boek. Het levert je enorm veel op als je beter kunt luisteren: onze aandacht verscherpt en we verkrijgen inzicht en duidelijkheid. Bovenal ontbrandt het onze creativiteit, die we door elk aspect van ons leven voelen en kunnen gebruiken. In een wereld die bol staat van lawaai is De weg van het luisteren een belangrijke herinnering aan de kracht van echt luisteren.

De weg van het luisteren

'Op deze dag, de 10e mei 1508, heb ik, Michelangelo, beeldhouwer, van onze heilige Heer paus Julius II vijfhonderd pauselijke dukaten ontvangen voor het beschilderen van de pauselijke Sixtijnse kapel, waaraan ik vandaag begin.' Met die woorden aanvaardde de Florentijnse meester Michelangelo Buonarroti - tegen zijn zin - een enorme opdracht van de paus. Hij vervaardigde een serie fresco's met taferelen uit het Oude Testament die heden ten dage als het hoogtepunt van renaissancekunst worden beschouwd. Het schilderen van deze duizelingwekkende vijfhonderd vierkante meter was een hels karwei, waarover hij zei: 'Ik span mij meer in dan iemand ooit voor mij heeft gedaan... en ik put me ten zeerste uit.' Na vier jaar was het gewelf tot de laatste vierkante meter beschilderd. Het werk had bij Michelangelo tot een bizarre oogafwijking geleid: hij kon op den duur alleen nog lezen en tekeningen bestuderen als hij de papieren hoog boven zijn hoofd hield. De vele mythes die zijn ontstaan over het beroemdste plafond ter wereld - over kabbalistische sekten, blasfemische codes en, meest recent, over geheime anatomische lessen die erin verstopt zouden zitten - steken maar bleekjes af tegen de ongelooflijk spannende kunstverhalen die erover te vertellen zijn. Hoe is het bijvoorbeeld mogelijk dat in de Sixtijnse kapel enorme, verontrustend krachtige heidense sibillen - maagdelijke priesteressen die hun ingevingen direct van goden kregen - konden worden geschilderd? Hoe kon de kerk toestemming geven voor deze raadselachtige godslastering in het hol van de leeuw? En waarom zijn de eerbiedwaardige voorouders van Christus zo lusteloos en verveeld geportretteerd? In de onverkorte weergave van haar lezing neemt Karin Braamhorst de toehoorder mee op een fascinerende reis langs het plafond van de Sixtijnse kapel en vertelt zij het wonderlijke en spectaculaire verhaal van een geniaal meesterwerk.

Michelangelo en de sixtijnse kapel

In heel Europa verandert rond 1800 de omgang met geschiedenis. Geschiedenis wordt bij wijze van spreken gedemocratiseerd. Ze is niet meer iets van de adel en enkele geleerden, maar ze is van iedereen. Dat betekent dat veel meer mensen kennis maken met geschiedenis. Dat komt omdat ook de kunsten zich de geschiedenis toe-eigenen: de muziek, de schilderkunst, de literatuur, de architectuur. Bovendien dringt ze door in het openbare leven en de openbare ruimte, door de oprichting van musea en monumenten en doordat het een vak op scholen en universiteiten wordt. Historie wordt een soort verslaving, een hang naar steeds meer geschiedenis. In vier colleges van een uur behandelt Marita Mathijsen de obsessie met het verleden in de 19e eeuw. In haar persoonlijke en meeslepende stijl komt ze met provocerende inzichten die aansporen tot nadenken over wat geschiedenis eigenlijk betekent. Met haar eruditie en vertelpassie is zij de ideale gids voor de 19de eeuw. Bij het hoorcollege wordt een synopsis als pdf-bestand meegeleverd. Dit college is tot stand gekomen i.s.m. de Rode Hoed. Inhoud College 1. De geschiedenis van de geschiedenis H1. Is geschiedenis een kwestie van nature of nurture? H2. Geschiedenis: een vak van weinigen voor weinigen H3. Verandering in de geschiedbeleving rond 1800 College 2. Schrijven over geschiedenis H4. Vertellen of reconstrueren: verschillen in geschiedschrijving H5. Geschiedenis wordt een vak in het onderwijs H6. Nieuwe boeken over geschiedenis en de vorming van een heldencanon College 3. De kunsten eigenen zich geschiedenis toe H7. Historische romans, toneel en dichtverhalen H8. Het verleden verbeeld door schilderijen H9. Vrije toegang tot het nationale museum College 4. Geschiedenis in de openbare ruimte H10. De zichtbaarheid van geschiedenis in de openbare ruimte H11. Het behoud van historisch erfgoed H12. Standbeelden, gedenktekenen en nationale feesten: erkenning van geschiedenis

De hang naar historie

Kunsthistorica Karin Braamhorst trekt al lange tijd volle zalen met haar lezing Zin en onzin van De Da Vinci Code. Het inmiddels wereldberoemde boek van Dan Brown is een ingenieuze mengelmoes van fictie en feiten en roept veel vragen op over wat er nu waar is en niet waar is. Zo heeft De Da Vinci Code massa's lezers er moeiteloos van kunnen overtuigen dat de figuur naast Jezus op Leonardo Da Vinci's Laatste Avondmaal niet Johannes is, maar Maria Magdalena. Ze zou niet alleen de maaltijd met Jezus hebben gedeeld, maar ook het bed. Is dit waar? Was de Mona Lisa het vermeende zelfportret van Leonardo en welke geheimen schuilen er nog meer in zijn werken? Bestaat er echt zoiets als de Heilige Graal en zo ja, wat is dat? In deze onverkorte weergave van de lezing neemt Karin Braamhorst haar toehoorders mee op een kunsthistorisch reisje door het boek en laat ze stapsgewijs zien dat er wel degelijk andere, aannemelijker verklaringen staan dan die door Dan Brown gegeven worden.

Zin en onzin van De Da Vinci Code

Wat is kunstgeschiedenis? Hoe is het vak als wetenschap ontstaan en hoe heeft het zich ontwikkeld? In dit multidisciplinaire college kijkt Kitty Zijlmans naar de vele aspecten van kunstgeschiedenis, waaronder esthetica en kunstkritiek. Maar ook naar de rol van de kunst in de maatschappij en de veranderingen daarin als gevolg van de opkomst van moderne kunst en de mondialisering. Zijlmans behandelt onderwerpen als de veranderende regels voor kunst, onze ideeën over goede en slechte kunst en welke invloed de handel in kunst daarop heeft. Het college biedt een helder en noodzakelijk kader voor iedereen die geïnteresseerd is in kunstgeschiedenis. Inhoud College 1. Kunstgeschiedenis en de actualiteit in heden en verleden H1. Kunstgeschiedenis is wat kunsthistorici doen H2. Denken over kunst en de contouren van het vakgebied H3. Markante voorlopers College 2. Op weg naar een kunstgeschiedenis in mondiaal perspectief H4. Kunstgeschiedenis in vogelvlucht 1860-1960 H5. Kritiek op de gevestigde benaderingen H6. Van Westerse kunstgeschiedenis naar World Art Studies College 3. Kunst en de markt H7. De kunstwereld als netwerk van partijen H8. Hoe zien kunstenaars de rol van kunst H9. Kunst en koopwaar. het spel van de markt College 4. Hedendaagse kunst en de actualiteit van de kunstgeschiedenis H10. De moderne kunst krijgt een geschiedenis H11. Hedendaagse kunst en de randen van de kunstgeschiedenis H12. Kunst als onderzoek en de kunstenaar als promovendus

Wat is kunstgeschiedenis?

In "Goethe's Faust" biedt J. D. Bierens de Haan een diepgaande analyse van een van de meest invloedrijke werken in de Duitse literatuur. Het boek verkent de complexe thema's van ambitie, kennis, en de zoektocht naar zingeving door de personages Faust en Mephistopheles. De auteur maakt gebruik van een verhelderende, academische stijl die de lezer door de gelaagdheid van Goethe's prozawerk leidt, terwijl hij de historische en culturele context belicht waarin het ontstaan is. De Haan koppelt sociaaleconomische veranderingen uit de 18e eeuw aan de morele en existentiële vragen die in het verhaal aan de orde komen, wat resulteert in een fascinerende karakterstudie en reflectie op de menselijke conditie. J. D. Bierens de Haan is een vooraanstaand literatuurwetenschapper met een specialisatie in de Duitse romantiek en de filosofische implicaties daarvan. Zijn uitgebreide kennis van Goethe's oeuvre en zijn ervaringen als docent hebben hem in staat gesteld om deze tekst niet alleen vanuit een literair perspectief, maar ook vanuit een psychologisch en historisch standpunt te benaderen. Dit maakt zijn interpretatie bijzonder waardevol en relevant in de hedendaagse literatuurstudie. Dit boek is een absolute aanrader voor zowel studenten als liefhebbers van de literatuur dieper inzicht willen krijgen in de betekenis van "Faust". Bierens de Haan biedt niet alleen een heldere uitleg van de thematische diepere lagen, maar daagt de lezer ook uit om na te denken over haar eigen ambities en morele keuzes. Dit werk zal een waardevolle aanvulling zijn op elke literatuurliefhebbers bibliotheek.

Goethe's Faust

Antidepressiva behoren tot de meest geslikte medicijnen. Is depressie een echte ziekte, die nu pas goed herkend wordt, of praten hulpverlening en farmaceutische industrie ons stoornissen aan? Hebben we het geluk in eigen hand? Een kritische blik naar de hulpverlening, de farmaceutische industrie en het maakbaarheidsidee. Nederland hoort tot de meest welvarende, vrije en gelukkige landen. Dat constateren wetenschappelijk onderzoekers van het geluk. Maar tegelijk zijn anti-depressiva de meest geslikte medicijnen. Talloos zijn de andere therapieën, de zelfhulpboeken en de internetpagina's over depressiviteit. En deskundigen stellen dat depressie nog grotendeels onderbehandeld is. Is depressie een biologisch bepaalde ziekte die nu pas goed herkend en behandeld wordt? Praten de hulpverlening en de farmaceutische industrie ons psychische stoornissen aan? Of bracht de verzorgingsstaat mentale kleinzerigheid op grote schaal? Trudy Dehue bespreekt de geschiedenis van neerslachtigheid. Ze bestudeert de claims van de biopsychiatrie, analyseert de commercialisering van het psychiatrisch onderzoek en de inhoud van de anti-depressivareclames. Ze betoogt dat gangbare verklaringen voor de toename van depressie niet houdbaar of niet volledig zijn. De depressie-epidemie belicht het proces waarin het ideaal van de maakbare samenleving werd ingeruild voor dat van het maakbare individu. Benadrukten we voorheen omstandigheden als oorzaak van ellende, tegenwoordig gaat de aandacht naar het individuele brein. Daarbij werden we zelf verantwoordelijk voor wat ons vroeger gewoon overkwam. Want nu succes een keuze is geworden, geldt dat voor mislukking evenzeer. '

De depressie-epidemie

Een volmaakt oorspronkelijke reflectie op vrijheid en lichamelijkheid, van een schrijfster met een onafhankelijke geest, oog voor complexiteit en een glasheldere pen. In ‘Ieder een lichaam’ onderzoekt Olivia Laing wat het betekent om een lichaam te hebben, aan de hand van haar eigen ervaringen en de levens van de meest fascinerende denkers uit de twintigste eeuw. Ieder een lichaam is een volmaakt oorspronkelijke reflectie op vrijheid en lichamelijkheid van een schrijver met een onafhankelijke geest, oog voor complexiteit en een glasheldere pen. Want ook in het tijdperk van technologisering en automatisering blijft het lichaam een bron van kracht en verzet die de wereld kan veranderen. ‘Met een even persoonlijke als onderzoekende blik analyseert Olivia Laing haar onderwerpen; kunst, literatuur en het leven van de makers. Zo maakt ze op wonderschone manier voelbaar dat kunst niet losstaat van “het leven” maar diepe verbinding zoekt met onze emoties en ervaringen. Olivia Laing is een van de origineelste schrijvers van deze tijd.’ – Wieteke van Zeil

Ieder een lichaam

met een voorwoord van Marrigje Rikken, Hoofd Collecties & Presentaties van het Frans Hals Museum Frans Hals was naast Rembrandt en Vermeer een van de drie grote schilders van de zeventiende eeuw. Bovenal was hij de beroemdste portretschilder van zijn tijd. Kooplieden, regentessen, schutters, hele families en collega-kunstenaars stonden in de rij om zich door hem te laten portretteren. Waar zijn tijdgenoten kozen voor precisie, kenmerkte Hals’ stijl zich door levendigheid, zwier en beweging en een opzettelijk gebrek aan verfijning. Steven Nadler voert de lezer mee in de roerige wereld van de Nederlandse Republiek van de zeventiende eeuw en het artistieke, sociale en culturele leven van Haarlem, waar Frans Hals zijn leven lang woonde. Zoals de schilder met zijn typerende losse penseelvoering zijn geportretteerde tot leven wekte, zo slaagt de biograaf erin de schilder op een unieke manier naderbij te brengen door hem scherp in de historische context te plaatsen. De Nederlandse editie is voorzien van een voorwoord van Marrigje Rikken, hoofd collecties van het Frans Hals Museum.

De portretschilder

Vincent van Gogh leefde in een spannende tijd. De moderne wereld was volop in beweging door de opkomst van een wijdvertakt spoorwegnet in Europa. En Vincent bewoog mee! In De Grote Van Gogh Atlas volgen we Vincent langs alle dorpen en steden waar hij woonde. We komen te weten hoe zijn wereld er in die tijd uitzag: van de landelijke rust op het platteland van Brabant en Zuid-Frankrijk, tot de zinderende drukte in wereldsteden als Londen en Parijs. En telkens gebruikte hij als kunstenaar de wereld om hem heen als onderwerp voor honderden tekeningen en schilderijen. Reis mee met Vincent op zijn tocht door Europa, langs alle plaatsen waar hij woonde... en waar hij de kunstenaar werd die hij zo graag wilde zijn.

De grote Van Gogh Atlas

Het grote naaiboek is een slimme gids voor beginners achter de naaimachine. Duidelijke uitleg, vrolijke tekeningen, duurzame versteltips: ook jij kunt zelf een tas, broek of sjaal maken. ‘Het grote naaiboek’ van Nienke van Leverink en Pieke Stuvel is een vrolijke en slimme gids voor iedereen met kriebelende vingers en een verlangen naar een originele toevoeging aan zijn of haar garderobe. Zoals beginner Nienke van Leverink, die tot voor kort nog nooit een naaimachine had aangeraakt. Pieke Stuvel daarentegen maakt al haar hele leven haar eigen kleren. In ‘Het grote naaiboek’ slaan ze de handen ineen. Vrolijke illustraties, laagdrempelige basispatronen, een stoffengids en duurzame recycle­, verstel­ en vermaaktips brengen voor iedereen een zelfgemaakte tas, broek, jas of sjaal binnen handbereik. En daarmee ook het plezier en de voldoening met eigen handen iets gemaakt te hebben.

Het grote naaiboek

Waar de kunstgeschiedenis zich traditioneel op de westerse wereld richtte en een lineaire ontwikkeling presenteerde, zien we nu een tendens om kunst mondiaal en als een veelvoud van vertellingen te beschouwen. Kunst als een wereldwijd fenomeen zien, betekent ook opnieuw kijken naar de grondslagen van het vakgebied. Kitty Zijlmans doet een voorstel voor een brede en geïntegreerde blik, en rijgt thema's als tijd, plaats, stijl, originaliteit, gender en diversiteit aan elkaar. Talrijke kunstwerken passeren daarbij de revue. Een aanstekelijk en belangwekkend betoog, waarvan iedereen met interesse in kunst of met een rol in de kunstwereld kennis zou moeten nemen.

Elementaire Deeltjes

Kunstgeschiedenis

Uniek hoorspel over het leven van Van Gogh Dit hoorspel (110 minuten) vertelt het verhaal over Vincent van Goghs strijd voor erkenning en succes, over zijn tegenslagen en angsten, over zijn ambitie en doorzettingsvermogen. Zijn unieke talenten maar ook zijn menselijke kanten worden blootgelegd. Met Prinses Anita van Oranje als verteller en acteur Jochum ten Haaf in de rol van Vincent van Gogh. Overige stemmen zijn die van kunsthistoricus Fred Leeman, acteur Hugo Koolschijn, voormalig directeur van Carré Hein Jens en producer Diederick van Eck.

Van Gogh

Bijzondere verhalen over kunstenaars die tornen aan het standaardbeeld van moederschap. Tot ver in de twintigste eeuw bepaalden mannen wat goede kunst was. Vrouwelijke kunstenaars waren er wel, maar het combineren van moederschap en kunst was uit den boze. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw is dat, zij het schoksgewijs, veranderd. Kunsthistoricus Joke de Wolf onderzoekt hoe kunstenaars in hun werk afrekenen met vooroordelen over moederschap, vrouwelijkheid en hun rol in de maatschappij, en daarbij in de loop der tijd hebben bijgedragen aan het veranderen van deze denkbeelden. Aan de hand van thema’s als ruimte, bevalling en de zorg voor kinderen belicht De Wolf werk van minder bekende kunstenaars en dat van grootheden zoals Louise Bourgeois, Maria Lassnig en Tracey Emin. Kunstenaars die met of zonder kinderen in hun leven kunst maken die tornt aan het plaatje van het perfecte moederschap. Het moedermodel is een schatkist aan verhalen en beelden over een essentieel onderwerp in ieder mensenleven.

Het moedermodel

Bekend van de gelijknamige LINDA.tv-serie Vol persoonlijke ervaringen en tips is dit boek de ultieme bruiloftsinspiratie. Van het aanzoek tot de trouwdag zelf: alle facetten van het plannen en organiseren van een bruiloft komen aan bod. Aan de hand van grappige anekdotes, mooie liefdesverhalen van bruidsparen én de uitdagende situaties en struggles die je niet voorzien had, geeft Lotte je tips en inspiratie voor je eigen trouwfeest. Want wat doe je als je prachtige Italiaanse bruiloft in het water dreigt te vallen door slecht weer? Daarnaast lezen we het verhaal van Lotte zelf, hoe ze weddingplanner werd, wat haar mooiste en moeilijkste momenten waren en waarom het elke keer weer zo bijzonder is zo’n belangrijke dag van anderen mee te maken. Rijk geïllustreerd met prachtige foto’s van de door haar georganiseerde bruiloften. Hoe kun je creatief trouwen en toch bij jezelf blijven? Lotte weet raad én geeft waargebeurde en aansprekende voorbeelden Het ultieme cadeautje voor iedereen met trouwplannen Uniek kijkje achter de schermen voor iedereen die meer wil weten over het beroep weddingplanner Lotte is bekend door haar LINDA.tv-serie Dagboek van een weddingplanner Lotte Groosman weet als geen ander hoe je de bruiloft van je leven kunt organiseren. Ze was een van de eerste weddingplanners van Nederland en heeft menige grote BN’er-bruiloft op haar naam staan, in binnen- en buitenland. Op Franse chateaus, Italiaanse landgoederen of op vertrouwde plekken in Nederland. Maar waar draait een bruiloft nu echt om? Lotte gelooft dat het delen van jullie geluk met de leukste en liefste mensen uit je leven het belangrijkste is. Dat kan heel groots, maar net zo goed heel intiem. Hoe je dat doet, lees je in haar Dagboek van een weddingplanner.

Dagboek van een weddingplanner

Waarom hechten we zo aan ontspullen, aan ongerepte natuur en authenticiteit? Heeft eenvoud ons eigenlijk wel iets te bieden? Al in het oude Griekenland werd het streven naar een eenvoudig leven gezien als tegengif voor de vermeende corrumperende werking van welvaart en decadentie. Eenvoud stond voor puurheid, waarheid en soberheid. In onze huidige consumptiemaatschappij komt dit idee terug in het verlangen naar een tiny house in de bossen, #vanlife, minimalisme en het ontspullen van Marie Kondo. Waar komt ons eeuwenoude verlangen naar eenvoud vandaan? Brengt het werkelijk een zuiverder en beter leven tot stand? Wat is eenvoud precies en heeft het, als we kijken naar de vele manieren waarop de term door de mens is geïnterpreteerd, ons eigenlijk wel iets te bieden? In Een simpel leven gaat journalist en historicus Roderick Nieuwenhuis aan de hand van het werk van schrijvers, filosofen, architecten en denkers na wat er zo aansprekend is aan minimalisme en ontspullen, aan ongerepte natuur en authenticiteit. Wat gebeurt er eigenlijk met ons als ons leven minder complex wordt?

Een simpel leven

In Persona non Prada geven antihelden en modejournalistes  Catherine en Elspeth een antwoord op de vraag die hen het vaakst gesteld  wordt: hoe maak je het in de modewereld? Ze doen dat aan de hand van  praktische tips en uiterst vermakelijke behind the scenes-verhalen. One day you're out, the next you're in  en zo moeilijk is dat niet. Dat zweren ze op hun vintage Gucci-loafers.  Met een Vuitton-kofferset vol sappige anekdotes helpen Catherine en  Elspeth jou naar de top van de modewereld. Of toch ergens in de buurt.  Illustraties zijn van de hand van gevierd modeontwerper Wim Bruynooghe.

Persona non Prada

Nieuwe, uitgebreide editie Hoe muziek werkt is David Byrnes ode aan de muziek, een verslag van een leven in de muziekwereld en een uitleg over hoe en waarom muziek werkt. Byrne, muzikant, ontpopt zich in dit standaardwerk tot historicus, antropoloog en sociaal wetenschapper en biedt ons een schat aan feiten over muziek en muziekvormen, gemengd met zijn eigen ervaringen. Met concrete voorbeelden laat hij zien dat muziek niet alleen in studio’s ontstaat, maar meer nog een logisch en prachtig gevolg is van ons bestaan en onze culturele omstandigheden. Laat je meenemen op een onweerstaanbaar avontuur waarbij Byrne met knappe en bezielde argumenten vertelt over de bevrijdende en stimulerende kracht van muziek.

Hoe muziek werkt

Wie aan Karl Lagerfeld denkt, denkt aan mode. Met zijn excentrieke voorkomen, zijn uitgesproken mening en zijn ijzeren wil was hij een enorme publiekstrekker, maar zijn privéleven bleef voor de meesten een mysterie. En dat terwijl hij een fascinerend leven leidde, oneindig veel boeken las en meerdere bibliotheken op de wereld bezat. Journalist Laurent Allen-Caron ging op zoek naar de persoon Karl. Hij ontmoette geliefden, vrienden en kennissen en uit zich in dit boek over zaken waar de ontwerper zelf nooit over sprak: zijn liefdes en zijn wonden. Lees over zijn ongewone opvoeding, zijn liefde voor kunst, design, boeken en zijn kat, zijn bijzondere band met concurrent Yves Saint Laurent – en kom dichter bij Karl Lagerfeld dan ooit tevoren.

Karl Lagerfeld

Proberen te bewijzen dat God niet bestaat kan een geliefd tijdverdrijf zijn voor atheïsten, maar waar het werkelijk om gaat is niet zozeer de vraag of er een God is, maar hoe je verder redeneert wanneer je hebt besloten dat Hij er niet is. In dit uiterst originele boek betoogt Alain de Botton dat de seculiere samenleving veel kan leren van religies als het gaat om zaken als gemeenschapszin, ethiek, onderwijs en kunst. Religie voor atheïsten zet de dogmatische kanten van religies overboord, waarna er enkele aspecten uit gefilterd worden die troostrijk kunnen zijn voor de sceptische hedendaagse mens.

Religie voor atheïsten

Hoe komt het dat ’t Hart zijn hele leven broodmager is gebleven, terwijl hij een weergaloze schrokop is? Hoe at hij vroeger en hoe eet hij nu? Het komt allemaal aan bod in dit autobiografisch getinte, ludieke en goed onderlegde boek. Bestaat er behoefte aan het zoveelste boek over afslanken? Zeker, mits de onzin die er in deze materie gedebiteerd wordt, aan een grondig onderzoek wordt onderworpen. Onzin is de veronderstelling dat overgewicht een nieuw fenomeen is. Reeds in de negentiende eeuw besefte men dat vooral de overvloedige consumptie van koolhydraten verantwoordelijk was voor gewichtstoename. Onzinnig is het idee dat de sportschool een oplossing biedt voor overgewicht. Of de gedachte dat je zes tot acht glazen water per dag moet drinken. Misleidend zijn de rooskleurige toekomstvisioenen in dieetboeken, van het Atkinsdieet tot het Zonedieet. Maar misleidend is ook de bewering dat diëten niet werken, dat er altijd sprake is van een jojoeffect. En een zinnige benadering? Wat opvalt in boeken over voedselopname is de geringe aandacht voor de stoelgang. ‘Overal mag ik in bijten, mits ik daarvan flink ga schijten,’ hoort ons uitgangspunt te zijn. Met haar karakteristieke stem leest Hanneke Groenteman Het dovemansorendieet voor.

Het dovemansorendieet

Om iets te leren kennen moet je het opdelen. Gedreven door die gedachte - en vooruit: lichtelijk gedwongen door een verhuizing - trok Menno Hartman zijn geliefde wereldkaart van de muur en knipte deze op in 48 stukken. Het bleek het begin van een reis: elk stukje kaart zet hem aan tot intrigerende en verrassende beschouwingen over geologie, poëzie, biologie, kolonialisme, kunst, cartografie, ontdekkingsreizen en nog veel meer. Hartman nodigt de lezer uit deelgenoot te worden in zijn verwondering en de wereld met andere ogen te bezien. Een aanrader voor eenieder die nieuwsgierig is, of dat graag zou willen zijn.

De wereld in 48 stukken

Al twintig jaar volgt journalist Danny Ilegems het spoor van Luc Tuymans, de bekendste levende kunstenaar van België en wellicht de meest invloedrijke schilder wereldwijd. Van het atelier naar het café, van twijfel naar triomf, van de Antwerpse underground naar de hoogste tredes van de internationale kunstwereld. In Tuymans volgens Tuymans verklaart de kunstenaar zijn werk en zijn leven, en neemt hij de kunstwereld en de politiek bij wijlen scherp op de korrel. Het is Tuymans ten voeten uit: openhartig, onomwonden, genereus en soms genadeloos.

Tuymans volgens Tuymans

In een lege Nieuwe Kerk te Amsterdam hield Arnon Grunberg op 4 mei 2020, vijfenzeventig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog in Nederland, de herdenkingsrede. Hij stelde onder meer dat individuen niet gereduceerd moeten worden tot de groep waartoe ze zouden behoren; dat uitsluiting van een minderheid vroeg of laat andere, uiteindelijk álle minderheden zal treffen. Grunbergs woorden werden met instemming en lof ontvangen, maar ook kreeg hij te maken met enkele doodsbedreigingen en andere uitingen van haat. In Als ze het over Marokkanen hebben zijn naast deze lezing vier teksten opgenomen waarin Grunberg zijn jeugd, de Joodse identiteit en het werk van Marga Minco en Imre Kertész onderzoekt. Hij vindt het algemene en universele in het persoonlijke; zijn gedachten zijn prikkelend, zijn formuleringen messcherp.

Als ze het over Marokkanen hebben

Mata Hari is nog altijd een van de grote legendes van vaderlands avonturisme. Ze groeide van eenvoudig Fries meisje uit tot een oosterse naaktdanseres, en een van de meest fameuze sterren van de Parijse belle époque. Jan Brokken beschrijft haar veelbewogen leven aan de hand van interviews, artikelen, archiefstukken en memoires van tijdgenoten. Geboren als Margaretha Zelle bracht ze als de danseres Mata Hari het publiek in extase, totdat haar zucht naar geld en avontuur haar noodlottig werd en ze verstrikt raakte in de netten van de Franse en Duitse inlichtingendienst tijdens de Eerste Wereldoorlog. In 1917 werd zij na een geheim proces wegens spionageactiviteiten ter dood veroordeeld.

Mata Hari

De eeuw van mijn vader van Geert Mak is een biografie van Nederland in de twintigste eeuw in de vorm van een familiegeschiedenis. Verteld vanuit de keuken van een doorsnee Nederlandse familie: die van Geert Mak zelf. Mak verhaalt over het landelijke Nederland aan het begin van de eeuw, over de opkomst van de katholieke, protestantse en rode zuilen, over de crisis en het antisemitisme in de jaren dertig, de andere wereld van ‘ons Indië’, de oorlog in Europa en Azië, de mentaliteit van de wederopbouw, de dromerijen van de jaren zestig en de zakelijkheid daarna.

De eeuw van mijn vader

Achter de eenvoudige witte vitrages van het Volendamse Hotel Spaander ligt de kiem van een cruciale periode in de Nederlandse kunstgeschiedenis. De gastvrijheid van uitbaters Leendert en Aaltje Spaander, de levendige avonden en de ateliers op de begane grond bleken vanaf 1881 een magneet voor grote getalen kunstenaars. Uit de hele wereld kwamen ze naar Volendam: ruim 1400 schilders, onder wie zo’n 200 vrouwen. Wat ze aan de Zuiderzee ontdekten waren de typisch Hollandse luchten en het destijds al beroemde Hollandse licht, maar ook verdraagzaamheid en openheid. Toch bleef Spaander als kunstenaarskolonie relatief onbekend – en dat is een kolfje naar de hand van Jan Brokken. Zoals hij stelt in De ontdekking van Holland : je weet altijd te weinig over je eigen land. Opnieuw wekt hij een fascinerende onderbelichte geschiedenis tot leven.

De ontdekking van Holland

Na de bestseller Wat ik eerder had willen weten en het bijbehorende werkboek komt Marian mudder nu met een boekje vol tips en levenslessen om verschil in je dagelijks leven te ervaren. Een gelukkig en gezond leven willen we allemaal. Geluk zit in een klein boekje zit vol persoonlijke tips en levenslessen, waaraan Marian Mudder veel heeft of heeft gehad. Sommige zijn praktisch en direct toepasbaar, andere filosofisch of spiritueel. Of je nu op zoek bent naar manieren om stress te verminderen, je relaties te verbeteren, of gewoon meer vreugde te vinden in de kleine dingen, in dit boekje vind je waardevolle tips die je helpen meer uit het leven te halen. En je hoeft ze natuurlijk niet allemaal direct in de praktijk te brengen. Als je er een paar uit pikt die goed voelen en daarmee aan de slag gaat, is dat ook al grote winst. Veel leesplezier en geluk gewenst! Lezersreacties op Wat ik eerder had willen weten: 'Al zoveer meer geleerd dan in jaren van therapie. 'Ik heb het in een ruk uitgelezen en de kwartjes bleven vallen.' 'Enorm verhelderend.' 'Het beste boek tot nu toe dat ik over dit onderwerp heb gelezen.'

Geluk zit in een klein boekje

Achtendertig was Jeanne Bieruma Oosting toen ze zichzelf in 1936 op een Parijse expositie zelfbewust presenteerde als schilderes. Haar Zelfportret in werkkiel drukt triomf uit. Ze had dan ook een lange strijd moeten leveren voor ze zich op deze manier durfde uit te beelden. Volgens de conservatieve opvattingen van haar puissant rijke Friese familie hadden meisjes maar één doel in het leven: trouwen en kinderen krijgen. Werken was taboe. Die strijd was niet voorbij toen Oosting zich eenmaal aan haar milieu had ontworsteld. Ook als kunstenares kreeg ze te maken met de nodige seksevooroordelen. Het schokkende grafische werk dat ze in de jaren dertig produceerde werd tegelijk geprezen als pionierswerk én bekritiseerd als ‘onvrouwelijk’. In Geen tijd verliezen schetst Jolande Withuis met een schat aan materiaal het leven, de liefdes (m/v), de vriendschappen en de lange, veelzijdige loopbaan van een van Nederlands meest gerenommeerde beeldend kunstenaressen. Haar correspondenties met kunstenaarsvrienden als Ida Gerhardt, Charlotte van Pallandt en Adriaan Roland Holst, en de intieme brieven van haar ouders waren een goudmijn voor de auteur. Het resultaat is een springlevend en aangrijpend portret van een begaafde, fascinerende en moedige vrouw.

Geen tijd verliezen

Hoe verging het Betsy en haar dochters na Het pauperparadijs? Meesterverteller Suzanna Jansen, auteur van Het pauperparadijsen podcast De eeuw van de vrouw, schetst in De omwenteling de afgelopen eeuw vanuit een nieuw perspectief: dat van de vrouw. Op een ochtend in 1981 hangt Betsy Jansen-Dingemans een laken buiten. Het is geen wasdag en het laken is niet eens nat. Haar jongste dochter, de auteur, weet: mijn moeder stelt nu een daad, ze sluit zich aan bij de vrouwenbeweging. Betsy is geboren in 1922, het jaar waarin vrouwen voor het eerst kunnen stemmen. Toch tellen ze amper mee: ze krijgen minder loon, worden op hun trouwdag ontslagen en zijn bij wet handelingsonbekwaam. Honderd jaar later heeft haar dochter meer rechten en is haar wereld groter dan de huiskamer. In geen enkele eeuw veranderde het leven van vrouwen zo sterk – en daarmee dat van ons allemaal. Vanuit het perspectief van haar moeder, haar oudere zus en zichzelf vertelt Suzanna Jansen hoe vrouwen leefden binnen de marges van ondergeschiktheid en dienstbaarheid, en hoeveel strijd het kostte zich daaraan te ontworstelen. Met het verstrijken van de tijd ontdekt Betsy dat een vrouw ook naar een ander leven mag verlangen. In haar persoonlijke, meeslepende stijl legt Suzanna Jansen in De omwenteling de anatomie bloot van de tergend trage, maar niet te stuiten omwenteling van de emancipatie. En ze toont dat de genderverhoudingen van onze tijd hierin hun wortels hebben. Suzanna Jansen weet in De omwenteling als geen ander met een klein verhaal een grote geschiedenis te vertellen. 'Net zo meeslepend als Het pauperparadijs '– Margriet 'Een meeslepend verhaal dat uitnodigt nog eens na te denken over gezinsverhoudingen, toen en nu. Voor vrouwen en voor mannen. '– NRC, vier ballen 'Jansen schrijft helder en dynamisch, de vinger steeds krachtig op de zere plek drukkend' – Trouw Een boeiend verhaal, ook voor wie het grotendeels kent. Jansen schakelt soepel tussen historische informatie en herinneringen en legt moeiteloos verbanden.' – de Volkskrant, drie sterren 'Persoonlijk en meeslepend verhaal'– Volzin 'Mooi beschreven' – Cisca Dresselhuys in Nouveau 'Dit boek zou verplichte kost op scholen moeten zijn' – Zin

De omwenteling

Fien en Teun komen erachter dat Sebastiaan bijna jarig is. Over twee dagen al! Ze willen het feestvarken een verrassingscircus geven. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Al helemaal om het geheim te houden voor het nieuwsgierige varkentje. Samen met de andere dieren gaan ze aan de slag. Maar als Teun per ongeluk de knuffel van Fien wegtovert, lijkt het hele circus niet door te kunnen gaan… Kunnen ze de verrassing nog redden? Dit is het boek bij de film Fien & Teun - Circus op de boerderij. Een vrolijke, oer-Hollandse film voor het hele gezin, over het leukste boertje en boerinnetje van Nederland!

Fien en Teun

Circus op de boerderij

In Body Talks gaat Bart Römer in gesprek met bekende en onbekende gasten over hoe hun lichaam van invloed is op wie ze eigenlijk zijn, want het lichaam slaat alles op: geluk, verdriet, liefde. In deze aflevering van Body Talks vertelt kunstenaar en arts-onderzoeker Allard over hoe darmen een rode draad door zijn bestaan vormen; van de eerste dieren die hij moest jagen met zijn vader tot de menselijke darmen die hij als medicijnenstudent ontleedde. Nu maakt hij kunst van, jawel, darmen. Met Bart praat deze zelfbenoemde einzelgänger over zijn drang om met zijn handen te werken en zijn fascinatie voor het lichaam, zowel dood als levend.

Bodytalks

Body Talks - 5

‘Deze podcast is zo goed omdat het met respect wordt gemaakt. Fantastisch. Mijn tip: lees dit boek!’ - Carlo Boszhard In De pindakaasmoord van Carrie & Eddie van Moordzaken – de Podcast worden de intrigerendste moordzaken van Nederland ontrafeld. Wanneer een dertigjarige Limburgse na het eten van een broodje pindakaas op haar werk plotseling onwel wordt en een uur later in het ziekenhuis overlijdt, staat haar omgeving voor een raadsel. Het autopsierapport spreekt van een natuurlijke dood. Maar klopt dit wel? Of was dit de perfecte moord? Carine Voshaar en Edward van der Marel maken sinds augustus 2020 de populaire podcast Moordzaken, waarin ze aan de keukentafel waargebeurde, opgeloste Nederlandse moordzaken bespreken. Wat rammelt er, waar kunnen vraagtekens bij geplaatst worden? Carrie en Eddie willen het naadje van de kous weten. In De pindakaasmoord laat het podcastduo hun licht schijnen over de veertien spraakmakendste opgeloste Nederlandse moordzaken van de afgelopen decennia. Het gaat om grote zaken zoals die van Renée Hartevelt, die werd vermoord door een kannibaal, en de huiveringwekkende parachutemoord, maar ook om kleinere maar niet minder tot de verbeelding sprekende dossiers als dat van de moordweduwe van Vinkeveen en de Oostvoornse kofferbakmoord. De pindakaasmoord van Carrie & Eddie is ideaal leesvoer voor alle fans van Sporen liegen niet van John Pel en De Kooi van Marcel van de Ven.

De pindakaasmoord

De opzienbarendste moordzaken van Nederland ontrafeld, door het bekende podcastduo Carrie en Eddie, bekend van De pindakaasmoord. Met exclusief een moordzaak die ze nog niet in hun podcast behandelden. Na het enorme succes van hun debuut De Pindakaasmoord zijn Carrie en Eddie terug. in De Campingmoord werpt het bekende podcastduo hun licht op veertien opgeloste Nederlandse moordzaken. Ze bespreken grote zaken als de Zoetermeerste gezinsmoord en de balpenzaak en ook kleinere, maar niet minder tot de verbeelding sprekende dossiers zoals de moord zonder lijk en de moord op de boekverkoopster. Over De pindakaasmoord: 'Fascinerende leesstof die je als lezer verbijsterd achterlaat.'- 'Deze podcast is zo goed omdat hij met respect gemaakt wordt. Fantastisch: mijn tip; lees dit boek!' - Carlo Boszahard

De campingmoord

‘Je bent een volwassen vrouw.’ Marja Pruis zegt het drie keer per dag tegen zichzelf. Je zou denken dat het leven overzichtelijker wordt, met de jaren. Dat sommige antwoorden na verloop van tijd gewoon wel voor in de mond liggen. Hoe oud je bent. Wat je hebt geschreven, en waar het over gaat. Van wie je houdt, van wie minder. Dat het duidelijk is hoe je je moet voortbewegen. Hoe je orde schept in de chaos. Weet wat weg moet, en wat blijft. Dat je in staat bent korte metten te maken met je heerszucht, je arrogantie, je leugenachtigheid. En niet meer bang in het donker bent. De praktijk is dat iedere dag weer om oplossingen vraagt. Al ruim tien jaar schrijft Marja Pruis voor De Groene Amsterdammer zeer geliefde stukken over het leven, zoekend naar een gebruiksaanwijzing. Voor Oplossingen zijn deze stukken aangevuld met nieuw materiaal en tot een doorlopend essayboek bewerkt.

Oplossingen

De Profundis is a letter written from prison in 1897 by Oscar Wilde to Lord Alfred Douglas, in which he recounts how he came to be in prison and charts his spiritual development. This letter was written during his two year incarceration for "gross indecency". The letter sorts out his life, and his love toward Lord Alfred Douglas. Wilde wrote this as a farewell letter to Douglas. This edition is transcribed from the 1913 Methuen & Co. edition Note that later editions of De Profundis contained more material. E-Book, ePUB, length 17,800 words, average reading time 1 hour, 30 min.

De Profundis

Born at the dawn of the 20th century, Fauvism burst onto the artistic scene at the 1905 Salon d'Automne with great controversy by throwing bright, vibrant colours in the face of artistic convention. Fuelled by change, artists like Matisse, Derain, and Vlaminck searched for a new chromatic language by using colour out of its habitual context. Freed from the strict technique advocated by the École des Beaux-Arts, they used blocky colours as their main resource, saturating their stunning paintings. The author invites us to experience this vivid artistic evolution that, although encompassing a short amount of time, left its mark on the path to modernity.

The Fauves

This book “Crime and punishment” is the second full-length novels by Dostoyevsky, after his return from ten years of exile in Siberia. Crime and punishment is considered the first great novel of the author who focuses on the mental anguish and moral dilemmas of the protagonist, Rodion Raskolnikov, former impoverished student in St. Petersburg. Rodion Raskolnikov elaborates and executes a plan to kill an unscrupulous loan shark for cash. Raskolnikov, in attempting to defend his actions, claims that with the money of the pawnshop can do good deeds to counter crime. In the novel, Raskolnikov compares himself with Napoleon Bonaparte and shares his belief that murder is permissible in pursuit of a higher purpose. He conceived the idea of Dostoevsky's crime and punishment in the summer of 1865, having lost much of his fortune, since it was not able to pay your bills and debts to creditors.

Crime and Punishment

The eclectic art of which the Carracci family dreamed was realised by Rubens with the ease of genius. However, the problem was much more complicated for a man of the north, who wished to add to it a fusion of the Flemish and Latin spirits, of which the rather pedantic attempts of Romanism had illustrated the difficulties. He achieved it without losing anything of his overflowing personality, his questing imagination, and the enchanting discoveries of the greatest colourist known to painting. Rubens, the greatest master of Baroque painting’s exuberance, took from the Italian Renaissance what could be of use to him, and then built upon it a style of his own. It is distinguished by a wonderful mastery of the human form and an amazing wealth of splendidly lighted colour. He was a man of much intellectual poise and was accustomed to court life, travelling from court to court, with pomp, as a trusted envoy. Rubens was one of those rare mortals who do real honour to humanity. He was handsome, good and generous, and he loved virtue. His laborious life was well ordered. The creator of so many delightful pagan feasts went each morning to mass before proceeding to his studio. He was the most illustrious type of happy and perfectly balanced genius, and combined in his personage passion and science, ardour and reflection. Rubens expressed drama as well as joy, since nothing human was foreign to him, and he could command at will the pathos of colour and expression which he required in his religious masterpieces. It might be said that he was as prolific in the representation of the joy and exuberance of life as Michelangelo was in the representation of passionate emotions.

Rubens

Vincent van Gogh’s life and work are so intertwined that it is hardly possible to observe one without thinking of the other. Van Gogh has indeed become the incarnation of the suffering, misunderstood martyr of modern art, the emblem of the artist as an outsider. An article, published in 1890, gave details about van Gogh’s illness. The author of the article saw the painter as “a terrible and demented genius, often sublime, sometimes grotesque, always at the brink of the pathological.” Very little is known about Vincent’s childhood. At the age of eleven he had to leave “the human nest”, as he called it himself, for various boarding schools. The first portrait shows us van Gogh as an earnest nineteen year old. At that time he had already been at work for three years in The Hague and, later, in London in the gallery Goupil & Co. In 1874 his love for Ursula Loyer ended in disaster and a year later he was transferred to Paris, against his will. After a particularly heated argument during Christmas holidays in 1881, his father, a pastor, ordered Vincent to leave. With this final break, he abandoned his family name and signed his canvases simply “Vincent”. He left for Paris and never returned to Holland. In Paris he came to know Paul Gauguin, whose paintings he greatly admired. The self-portrait was the main subject of Vincent’s work from 1886c88. In February 1888 Vincent left Paris for Arles and tried to persuade Gauguin to join him. The months of waiting for Gauguin were the most productive time in van Gogh’s life. He wanted to show his friend as many pictures as possible and decorate the Yellow House. But Gauguin did not share his views on art and finally returned to Paris. On 7 January, 1889, fourteen days after his famous self-mutilation, Vincent left the hospital where he was convalescing. Although he hoped to recover from and to forget his madness, but he actually came back twice more in the same year. During his last stay in hospital, Vincent painted landscapes in which he recreated the world of his childhood. It is said that Vincent van Gogh shot himself in the side in a field but decided to return to the inn and went to bed. The landlord informed Dr Gachet and his brother Theo, who described the last moments of his life which ended on 29 July, 1890: “I wanted to die. While I was sitting next to him promising that we would try to heal him. [...], he answered, ‘La tristesse durera toujours (The sadness will last forever).’”

Piet Mondrian (1872-1944), who can be assigned to the school of classical modernism, was born in Amersfort, Netherlands. After studying in Amsterdam, he started his artist´s career in the impressionist style as a figure and landscape painter. His works from these years showed the influence of Vincent Van Gogh (1853-1890) and of Fauvism, a French school from the beginning of the 20th century. When he traveled to Paris in 1911, he discovered Pablo Picasso´s works (1881-1973) and, with that, Cubism. He thereafter became a pioneer of abstract painting in the Netherlands. From the 1920s on, his paintings show a vertical and horizontal composition that, combined with the oppositions of blue, yellow, red, and noncolored spaces, turned into his trademark. His art was very appreciated in New York, where he spent his last years. Mondrian was not only a painter but also an art theoretician and cofounder of the art school De Stijl.

Mondrian

After staying in Milan for his apprenticeship, Michelangelo da Caravaggio arrived in Rome in 1592. There he started to paint with both realism and psychological analysis of the sitters. Caravaggio was as temperamental in his painting as in his wild life. As he also responded to prestigious Church commissions, his dramatic style and his realism were seen as unacceptable. Chiaroscuro had existed well before he came on the scene, but it was Caravaggio who made the technique definitive, darkening the shadows and transfixing the subject in a blinding shaft of light. His influence was immense, firstly through those who were more or less directly his disciples. Famous during his lifetime, Caravaggio had a great influence upon Baroque art. The Genoese and Neapolitan Schools derived lessons from him, and the great movement of Spanish painting in the seventeenth century was connected with these schools. In the following generations the best endowed painters oscillated between the lessons of Caravaggio and the Carracci.

Michelangelo da Caravaggio

Let Your Creativity Run Wild by Mastering the Cricut Machine, Cricut Design Space, and Cricut Projects! How do you bring out the perfect blend of your Cricut machine and Cricut design space skills to make out of this world projects? Are you ready to transform your ideas into reality and enjoy your hobby to the full? Do you have a small business that is using Cricut and you want to bring it to the next level? If you answered "Yes" to at least one of those questions, then keep reading… The Cricut Machine is a powerful work of science and art. Unfortunately, it can fall short of your expectations if you don’t know how to use it to get the most out of it. The same applies to the accompanying software, specifically the Cricut Design Space; if you can’t unleash its full capabilities, you will be a disappointed user! In this guide, you will be able to discover: An introduction to your very own design space How you can take Cricut to its limits Fully illustrated projects to make it easy Easy and medium-level design ideas Projects that you will want to try Technical terms explained Much, much more! This book will show you how irrespective of your current Cricut machine or Cricut design space skills level! From a beginner-level to intermediate designs that require a bit more skill and experience, you’ll soon be creating beautiful things that you’ll love. Now it is your turn to take action! Scroll up, click on "Buy Now" and bring your Cricut Design Space Skills to the next level!

Cricut Design Space for Beginners

The Blue Bird is a 1908 play by Belgian playwright and poet Maurice Maeterlinck. In the opening scene, the two children gleefully describe the beautiful decorations and rich desserts that they see in the house of a wealthy family nearby. When Bérylune says that it is wrong for the rich not to share their cakes with Tyltyl and Mytyl, the boy corrects her. It is enough that he gets to watch others’ happiness; their joy does not create envy in him. The theme is emphasized again when the children meet the Luxuries, particularly the biggest one of all, the Luxury of Being Rich. When Tyltyl turns the diamond, the hall is bathed with a dazzling brightness, and the Luxuries run wildly in search of a dark corner where they may hide their ugliness from the ethereal light. The names of such Happinesses as Innocent Thoughts and Seeing the Stars Rise and of such Joys as Being Good and Maternal Love affirm Maurice Maeterlinck’s view that true happiness lies in simple things, particularly in the warmth of family love. At the end of the play, Tyltyl shows what he has learned about happiness.

The Blue Bird

The Holy Roman Empire, founded by Charlemagne, and dating from Christmas day 800, died on the 6th of August 1806. It had lived just over a thousand years. The hopes of the great Charles that the sceptre would descend in perpetuity to members of his own family had not been realised. The family became extinct in 911. From that date the numerous dukes and counts who had been content to serve as officers of the imperial court asserted their independence, and with it the right to elect their supreme overlord. The method of election, under the arrangement originally settled, was gradually found to be in practice crude, unwieldy, and unworkable. In the thirteenth century, then, the electoral basis was narrowed by restricting the voting power to seven of the most influential magnates of the land. In 1648 the number was increased to eight, and in 1692 to nine. It was reduced to eight in 1777, but the peace of Lunéville (February 9, 1801) increased it to ten. From the year 1407 onwards the electing body had, with rare exceptions, conferred the dignity on the representative of the House of Habsburg...

Prussia and the Rise of the German Empire

The Wisdom of Life Arthur Schopenhauer - A profound advocate for willpower and rational deliberation, Arthur Schopenhauer believed that complete happiness and satisfaction are unobtainable. This essay from his final work, Parerga und Paralipomena (1851), examines how to discover the highest possible degree of pleasure and success, and suggests guidelines for experiencing life to its fullest.

The Wisdom of Life

The War of the Jews by Flavius Josephus A detailed historical account of the Jewish-Roman War (66-73 CE), Josephus provides firsthand insight into the conflict, the destruction of Jerusalem, and the fall of Masada. The work explores themes of leadership, betrayal, and the devastating consequences of rebellion against Roman rule.

The War of the Jews

Corpus Hermeticum (Attributed to Hermes Trismegistus) A collection of mystical writings focusing on the nature of reality, divinity, and spiritual enlightenment. The texts explore themes of creation, the divine mind, and the soul's journey toward knowledge, forming the core of Hermetic philosophy and Western esotericism.

Corpus Hermeticum

Goya is perhaps the most approachable of painters. His art, like his life, is an open book. He concealed nothing from his contemporaries, and offered his art to them with the same frankness. The entrance to his world is not barricaded with technical difficulties. He proved that if a man has the capacity to live and multiply his experiences, to fight and work, he can produce great art without classical decorum and traditional respectability. He was born in 1746, in Fuendetodos, a small mountain village of a hundred inhabitants. As a child he worked in the fields with his two brothers and his sister until his talent for drawing put an end to his misery. At fourteen, supported by a wealthy patron, he went to Saragossa to study with a court painter and later, when he was nineteen, on to Madrid. Up to his thirty-seventh year, if we leave out of account the tapestry cartoons of unheralded decorative quality and five small pictures, Goya painted nothing of any significance, but once in control of his refractory powers, he produced masterpieces with the speed of Rubens. His court appointment was followed by a decade of incessant activity – years of painting and scandal, with intervals of bad health. Goya’s etchings demonstrate a draughtsmanship of the first rank. In paint, like Velázquez, he is more or less dependent on the model, but not in the detached fashion of the expert in still-life. If a woman was ugly, he made her a despicable horror; if she was alluring, he dramatised her charm. He preferred to finish his portraits at one sitting and was a tyrant with his models. Like Velázquez, he concentrated on faces, but he drew his heads cunningly, and constructed them out of tones of transparent greys. Monstrous forms inhabit his black-and-white world: these are his most profoundly deliberated productions. His fantastic figures, as he called them, fill us with a sense of ignoble joy, aggravate our devilish instincts and delight us with the uncharitable ecstasies of destruction. His genius attained its highest point in his etchings on the horrors of war. When placed beside the work of Goya, other pictures of war pale into sentimental studies of cruelty. He avoided the scattered action of the battlefield, and confined himself to isolated scenes of butchery. Nowhere else did he display such mastery of form and movement, such dramatic gestures and appalling effects of light and darkness. In all directions Goya renewed and innovated.

Goya and artworks

William Butler Yeats (1865-1939) was an Irish poet, dramatist, writer and initiate, and one of the foremost figures of 20th-century literature. He was a driving force behind the Irish Literary Revival, and along with Lady Gregory founded the Abbey Theatre, serving as its chief during its early years. He was awarded the 1923 Nobel Prize in Literature, and later served two terms as a Senator of the Irish Free State. Considered one of the key English-language poets, Yates was a Symbolist, using allusive imagery and symbolic structures throughout his career. He chose words and assembled them so that, in addition to a particular meaning, they suggest abstract thoughts that may seem more significant and resonant. His use of symbols is usually something physical that is both itself and a suggestion of other, perhaps immaterial, timeless qualities. The Yeats’ syudy Symbolism in Painting, written in 1898, was included in 1903 in the collection of Yeats’ non-fiction works and essays Ideas of Good and Evil, published in London by A.H. Bullen. Despite its relative brevity, it is one of the most beautiful and interesting studies of Art History of all time. In it Yeats does not limit himself to analyzing the extraordinary symbolism present in the works of art of great masters such as Dante Gabriel Rossetti and William Blake, but also manages to read these characteristics through his profound knowledge of symbols and archetypes, derived from his lifelong membership to the Hermetic Order of the Golden Dawn, a secret society dedicated to the study and practice of occult hermeticism and metaphysics.

Symbolism in Painting

rank|desc

publishdate|desc

publishdate|asc

rating|desc

title|asc

audioduration|desc

audioduration|asc

Literatuur & kunst

Met BookBeat geniet je van meer dan 1 miljoen luisterboeken en e-books. Luister naar bestsellers, thrillers, romans en meer. Probeer gratis!

BookBeat - luisterboeken en e-books voor jou. Probeer gratis!

Tenzij je op avontuur gaat, kun je je beter aanmelden op de website van {country}.

Literatuur & kunst

Over ons

Volg ons

Hulp en contact

Informatie

BookBeat

Download BookBeat