Bliksemacties bij de Buurserbeek
Description of book
Jan en Bob krijgen een karweitje in de maag gesplitst: ga naar het zomerhuisje van een man die naar Chili is getrokken om olifanten te voederen en kalefater het op. Het huisje bevindt zich bij de Buurserbeek op een plek zonder directe buren. Het is er rustig ... tot het nacht is. Dan vliegen er rauwe eieren tegen de ramen. De nacht erna gaat het krakkemikkige schuurtje in de hens. Er komt geen mens op de vlammen af niemand belt de brandweer. De jongens hebben geen idee wat er aan de hand is, maar voorzien meer overlast en sturen een ijlbericht naar Arie die voor zijn vader een klusje opknapt in Oostende: 'Kom richting Buurse, maar blijf op enige afstand tot we meer weten.' Arie schaft een moderne e-bike en een ouderwetse helm-met-flappen aan en laat zich een originele knijpkat aansmeren. Hij rijdt rond tot hij onweer hoort dat uit een vrijwel wolkeloze hemel lijkt te komen. Het onweer is veroorzaakt door Jan en Bob en trekt twee vrouwen, een paar kinderen en een opa. De vrouwen zetten de jongens op het spoor van lieden die reden hebben om bewoners van het zomerhuisje weg te pesten. Maar 'dat laten we niet gebeuren', is het uitgangspunt van Jan, Bob en Arie. Het gevolg van dit voornemen is dat Bob wordt opgesloten in een koelkast en wordt afgevoerd. Het kost Jan en Arie heel wat moeite om hem te bevrijden. Arie loopt daarbij zoveel bulten door muggen en brandnetels op dat zijn sproeten zowaar in de minderheid zijn en Jan krijgt overgevoelige voetzolen door een pad vol scherpe stenen. De finale is oorverdovend en brengt behalve driekwart Buurse zowaar ook een husje agenten op de been.