Op een dag merkt de krekel dat hij een vreemd gevoel in zijn hoofd heeft. Het is een zwaar, onwrikbaar gevoel, dat niet meer weg wil gaan. De dieren noemen hem niet meer de krekel, maar de sombere krekel.
Pas na lange tijd en met veel moeite verdwijnt dat gevoel weer uit zijn hoofd.
Toon Tellegen schetst het portret van de krekel die gebukt gaat onder een depressie en daar ten slotte weer van herstelt.