Marisol kan het beste zwemmen van iedereen. Ze gaat soms in haar eentje heel ver de zee in. Voor de kust leert ze een groep dolfijnen kennen, die graag met haar willen spelen. Marisol merkt dat zij en de dolfijnen op elkaar lijken en ze gaat iedere ochtend naar ze toe. In het geheim, want ze bewaart haar nieuwe vrienden voor zichzelf.
Dan breekt er bukziekte uit op Drakeneiland. Jelle de Visser is de eerste met heimwee en hij steekt de anderen aan. De Drakeneilanders hebben nergens zin meer in, zo verdrietig zijn ze. Alleen Marisol heeft nergens last van. Ze vindt de anderen maar moederskindjes. Ze blijft steeds langer in zee. Want de dolfijnen zijn haar enige echte vrienden, denkt ze...
Een eiland waar kinderen de baas zijn, waar geen enkele volwassene zelfs maar een oogje in het zeil houdt, dat moet wel een zootje worden. Of niet?
‘Een superspannend avontuur, in een wereld met alleen maar kinderen’ – Kidsweek
‘De schrijfster neemt kinderen serieus en acht hen in staat problemen op te lossen zonder volwassenen’ – NBD Biblion
‘Het is de auteur en de illustrator gelukt een Drakeneiland voor kinderen te scheppen dat (toch) erg veel op de werkelijkheid lijkt’ – NBD Biblion